Bij het samengaan van alle deelstaat treinmaatschappijen kreeg de DRG (Deutsche Reichsbahn Gesellschaft) heel veel verschillende locomotieven. Het was een onsamenhangende verzameling. Daarop besloot de directie om alle gelijksoortige locomotieven bij elkaar te zetten in een bouwserie. Zo heeft bouwserie 92 maar liefst 24 onderverdelingen. Van al die bouwseries zijn maar enkele exemplaren gemaakt. Echter van de Br92.5-10 Dn2t zijn er door 5 fabrikanten 584 exemplaren gebouwd. De Br92 is een goederentrein locomotief, op kleine nevenlijntjes soms ook personenvervoer. De maximum snelheid was dus ook niet hoog met 45km/u. Het is een gekoppelde vierassige stoomlocomotief.
Het programma schreef voor dat de locomotief de volgende treinmassa moet kunnen trekken;
in het vlakke land 720ton met 45km/u
op een 5‰ helling 510ton met 30km/u
op een 10‰ helling 355ton met 25km/u
In het Merkbuch für die Fahrzeuge der Reichsbahn uitgave 1924 staat op bladzijde 242 een tabel met km/std, Wagengewicht in t en Steigung. Het gaat om de onderste tabel die hoort bij de afbeelding van de 92.5-10 en aan de hand van deze tabel beoordeel ik de locomotief.
Het model
De locomotief zit verpakt in de bekende plastic doos. In deze doos een plastic inzet waarin de locomotief past. Bovenop een dun velletje plastic folie. Er zijn geen extra aan te brengen onderdelen. De plastic inzet met locomotief kan via een strook papier van de handleiding uit de doos worden getild. De handleiding kan nu worden uitgenomen. Deze is opgevouwen en na het uitvouwen krijgt men een summiere handleiding met vier tekeningen te zien.
De teksten zijn in het Duits, Engels en Frans. Alleen de garantie heeft nog Nederlands en Italiaans als extra taal. Aan de buitenkant de tekst dat je de verpakking moet bewaren en dat in het Duits, Engels, Frans, Nederlands, Italiaans, Spaans en Deens. De verwijzing dat de handleiding aan de binnenzijde staat is dan weer alleen in de taal van de handleiding. Dan zit onderin de doos nog een opgevouwen papiertje met een handleiding afdeling flauwekul. Gaan lopen leuteren over EMV, leuk, maar er aan meten kost je een klein fortuin. Lopen zeuren over radio ontstoring, zullen we het eens hebben over mobieltjes? Het zal wel een soortement van verplicht nummer zijn of zo. Ik had veel liever die andere handleiding ook in het Nederlands gezien. En dan weer zo'n controle papiertje, beetje wonderlijk is dat twee locomotieven een controle papiertje hebben met hetzelfde nummer. Medewerker 6000? Mwah...
De locomotief is analoog en er staat op de achterkant van de handleiding "14V ongeveer gelijkstroom (streepje met drie puntjes eronder)". Daaronder dat als je nog geen drie jaar bent je pech hebt, dan mag je er niet mee spelen. Oei, dat gaat nog een lastige worden ....
Het model van de Br92 1004
Het model ziet er goed uit, maar je kunt zien dat het model al zo'n tien jaar oud is. En ik heb ook nog de nodige kritiek. Bijna alle opschriften zijn leesbaar, al moet je voor de meeste opschriften een vergrootglas erbij halen. Maar dan kun je de teksten redelijk goed lezen. Ik heb alleen foto's van de Br92 739 en Br92 503. Een aantal details had beter gekund zoals de leidingen e.d. aan de zijkant van de locomotief. Deze zijn meegegoten en dat had met een beetje moeite ook los gekund. Dat had gezien de waarschuwing met de leeftijd makkelijk gekund. Het probleem is nu dat de bouwserie 92 een verzameling is met veel verschillen. Dat kun je al zien in de gedownloade foto's van de twee modellen. Op de grote lijnen zie ik geen verschillen, maar in detail wel. Ik weet even niet of daar op afgerekend mag worden, kan me nauwelijks voorstellen dat Fleischmann dat opzettelijk doet. Het model komt daardoor geloofwaardig over. Waar je echt erg op moet letten is dat je alle buffers goed in de gaten houdt bij het oppakken, in de doos doen etc. Ze gaan er makkelijk uit en ik heb dus in de kamer liggen dweilen om er een terug te vinden. De aandrijving is met de stand van de techniek in het achterhoofd goed gelukt. De wielen komen overeen, in het model zijn de wielen van de derde as voorzien van rubber. En nu mijn kritiek. De wielen zijn gebruneerd, dat heeft tot gevolg dat de stroomopname minder is en dat is met dit model te merken. Om de een of andere reden steekt het wiel met de rubberen band iets (het gaat om een tiende van een millimeter) naar onderen uit. Dus het model balanceert overdreven gezegd op dit wiel. Het model heeft met en zonder treklast van het niet zichtbaar "wippen" op de derde as last, vooral dan bij de zeer lage snelheden. Het kan zijn dat Fleischmann dit heeft gedaan ter bevordering van de trekkracht, het stiefkindje bij Fleischmann modellen. Als je het model op de rails zet kun je de locomotief dus een heel klein beetje voorover of achterover drukken met de derde as als rail contact. Ik heb nog gemeten op spoorbreedte, maar die valt binnen de normen. Dit hele verhaal heeft tot gevolg dat de locomotief zonder aanleiding kan stoppen, mede geholpen door de bijzonder hoge bewegingsvrijheid op de rails. Voordelig op kleine bogen, nadelig bij stroomopame. Het is dus zaak dat de rails brandschoon is. Boven een bepaalde snelheid gaat het wel goed, het is echt een probleem van de lage snelheden beneden de pakweg 15km/u.
De testrun
Het model weegt 51 gram en bij aankoop heb ik dit model direct laten digitaliseren. Dus de analoge eigenschappen zijn eigenlijk de analoge eigenschappen van de decoder, in dit geval een LokPilot V4.0 van Esu. De locomotief is beproefd op mijn stokoude testbaan en op mijn trekkracht testbaan. De stokoude testbaan heeft allerlei rariteiten, er zit een boog in met een radius <R1(182), R1(194,6) en R2. Verder twee meegebogen wissels R1/R2 met de scherpe kanten tegen elkaar. Bogen die direct aansluiten op een Engels wissel. Allemaal ingrediënten waarop een locomotief of wagon soms de mist in kan gaan. Deze locomotief heeft geen enkel probleem met alle rariteiten op mijn stokoude testbaan.
Op de trekkracht testbaan is er getest op analoog en op digitaal bedrijf. Analoog wordt geleverd door de Fleischmann 6720 regelaar met een veel te grote stekkertrafo. Parallel aan de aansluiting van de rails is een DMM verbonden om de spanning af te lezen. Digitaal wordt geleverd door een Intellibox Basic met daarachter een DSR van AMW. Als monitor wordt een AMW meetsysteem gebruikt met een uitlezing in Volt en Ampère. De locomotief mocht eerst wat rondjes alleen rijden. Daarna werd er een testsleep aan de haak gehangen. De tijd werd genoteerd en met een programma worden dan de snelheden uitgerekend. De stijging en daling op de trekkracht testbaan loopt van 0,1% (1‰) tot en met 1,3% (13‰), gecontroleerd met een digitale hoekmeter.
trekkracht testbaan
Die sleep wagons bestaat uit door mij afgekeurde wagons. Ik wil een periode II baan bouwen en daar horen dan geen wagons uit periode III of nog later op rond te rijden. Ook zijn er wagons van de verkeerde maatschappij die nog niet bestond in periode II. De wagons in kwestie zijn over het algemeen Roco wagons die destijds goedkoop in de aanschaf waren. Als je begint moet je wat, vandaar. Dus deze afgekeurde wagons kunnen mooi dienst doen als testsleep. Als je precies wil weten welke wagons dat zijn, in dit draadje https://www.n-spoorforum.nl/viewtopic.p ... 07#p275807 kun je dat zien.
Analoog
Geen woord in de handleiding van ESU over wat het maximum in analoog bedrijf is. De Fleischmann 6720 op maximum spanning van 15,12Volt ingesteld. De locomotief gaat met deze instelling omgerekend 56,87km/u over de baan, te hard, maar bij benadering geen TGV. Met een sleep van 21 wagons (equivalent van 630t) haalt de trein 51,3km/u, dat is harder dan in het echt (5‰ 630t 25km/u). De regelaar teruggebracht naar ongeveer 7,2Volt. Met een sleep van 21 wagons rijd de trein dan gemiddeld 15,86km/u. Dat is nog steeds binnen de tabel door de 13‰ helling op de testbaan. Ik heb ook nog een meting gedaan met 30 wagons (900t, 6‰ 15km/u), dit is echt het maximum wat de locomotief kan trekken te oordelen aan het af en toe doorslippen van de wielen. Met 15,14Volt rijd de trein dan 44,34km/u, dat is veel meer dan in de tabel voorkomt. Gemiddeld 8,3Volt is dan de laagste spanning en dan rijd de trein 20,44km/u, dat is wat je ongeveer tegenkomt in de tabel, het hangt namelijk af van de helling. Wel is duidelijk dat ook bij ESU analoog ingebouwd is als service en het gaat niet abrupt maar heel geleidelijk, dat is wel weer netjes.
Digitaal
De DSR stond op de afregeling van 13,9Volt. Intellibox Basic op stap 28(maximum) geeft een snelheid van 56,87km/u, dat is dik 10km/u meer dan in het echt. Met een sleep van 30 wagons (equivalent van 900t) zakt de snelheid in tot gemiddeld 44,65km/u, dat is een veel hogere snelheid dan gevonden in de tabel. De minimale snelheid met een sleep van 26 wagons (equivalent 780t) en de Intellibox Basic op stap 2 is ongeveer 1,4km/u. De Intellibox Basic stap 1 gaf in de test geen betrouwbare treinenloop door bovenstaande problemen met de wielen. De locomotief alleen kon met de Intellibox Basic op stap 1(minimum) een snelheid neerzetten van ongeveer 0,7km/u (ja, dat leest je goed, 700 meter per uur), maar de baan moet daarbij brandschoon zijn.
Het rapportcijfer
In het verleden zijn er al testen geweest waarbij rapportcijfers werden gegeven. Ik heb de huidige opstelling uitgebreid met "wippen" en "gevoelig voor vuil op de rails". Bij trekkracht heb ik de waardering gewijzigd in maximaal 3 punten, extra trekkracht een bonuspunt, minder trekken dan in het echt een aftrek punt. De reden daarvoor is dat de trekkracht te veel het stempel drukte op de eind beoordeling. In de vorige testen kan ik die toevoegen, maar omdat de score daar goed was zal dat op het totaal niet gaan veranderen. Met de nieuwe opstelling kom ik tot het volgende;
Details 7,50
Bouwkwaliteit 8,33
Bedrukking 8,00
Loopeigenschappen 5,00
Bochtengedrag 10,00
Snelheid 10,00
Trekkracht analoog 6,67
Trekkracht digitaal 6,67
Totaal indruk 8,90
Door de manier van noteren in een rekenprogramma wordt enige subjectiviteit onderdrukt omdat genoemde onderdelen bestaan uit meerdere meetpunten. Er zijn wat zaken die een verklaring behoeven. Details 7,50 omdat de leidingen anders liggen, apart opgezette pomp op een andere plaats en bij mij staat dit onderdeel iets scheef, handrails dicht geslipt zijn met de kolenbak. Bouwkwaliteit een 8,33 omdat er geen Nederlandse handleiding is en er geen info wordt gegeven hoe de rubberen bandjes te vervangen. Bedrukking een 8,00. Bijna alles is leesbaar, maar bij de hele kleine teksten slechts delen en je weet wat er moet staan. De loopeigenschappen zijn gewaardeerd met een 5,00 omdat de derde as met de wielen naar onderen uitsteekt waardoor de andere wielen slecht contact kunnen maken met de rails. Bochtengedrag een 10,00 omdat alle rariteiten zonder problemen werden doorlopen. Snelheid een 10,00, locomotief gaat iets harder, maar dat is prima te temperen met de spanningsregelaar. Het rapportcijfer voor trekkracht bestaat uit een analoog deel en een digitaal deel en wordt gezien als één onderdeel, dit onderdeel is opgeteld hoger omdat in deze test naar voren is gekomen dat de locomotief meer trekt dan als voorwaarde gesteld door de DRG(zie boven). De waardering is nu geworden een 3 en een bonuspunt voor extra trekken (gedeeld door 3 (de standaard als de locomotief hetzelfde trekt als de locomotief in het grootbedrijf) maal 100%). Door deze extra waardering bij de trekkracht komt de totale waardering uit op een 8,90. Een nette score.